Algemeen
De paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing bestaat uit een inventarisatie van de risico's en een berekening van de beschikbare weerstandscapaciteit die kan worden ingezet om deze risico's op te vangen. Centrale variabele in de paragraaf weerstandsvermogen is de weerstandsratio. Deze wordt als volgt berekend:
Ratio weerstandsvermogen = | Beschikbare weerstandscapaciteit |
Benodigde weerstandscapaciteit |
De paragraaf weerstandsvermogen in de jaarstukken 2018 is een rapportage op de paragraaf zoals die is opgenomen in de begroting 2018. In de jaarstukken 2018 bestaat de paragraaf uit:
1. Een actuele berekening van de weerstandscapaciteit.
2. Een actuele inventarisatie van de risico's aan de hand van de vragen:
a. is het benoemde risico in 2018 ingetreden?
b. is het benoemde risico in 2018 beïnvloed door beheersmaatregelen?
3. Een actuele berekening van de ratio.
Actuele weerstandscapaciteit
De weerstandscapaciteit is het totaal aan middelen dat kan worden ingezet om de financiële gevolgen van voorkomende risico’s op te vangen. Hiertoe behoren:
(x € 1.000)
Omschrijving | Begroting 2018 | Gerealiseerd 2018 |
---|---|---|
Algemene reserve vrij besteedbaar | 23.760 | 21.852 |
Reserve weerstandsvermogen | 3.000 | 3.000 |
Reserve Renteschommelfonds | 0 | 0 |
Opbrengst aandelen NUON energy (deel niet bestemd voor Noordse Buurt) | 0 | 0 |
Reserve Recreatie en toerisme | 49 | 49 |
Reserve Decentrale arbeidsvoorwaarden | 20 | 11 |
Reserve Wmo | 90 | 90 |
Reserve LandschapsOntwikkelingsPlan | 27 | 36 |
Reserve Verbonden partijen | 0 | 0 |
Reserve Monumentenzorg | 59 | 126 |
Saldo meerjarenbegroting | 357 | - |
Onvoorzien | 80 | 80 |
Incidenteel weerstandsvermogen ( x € 1.000) | 27.442 | 25.244 |
De gemeente Nieuwkoop heeft op 31 december 2018 een weerstandscapaciteit van ruim € 25 mln. Het verschil met de begroting is € 2,2 mln. Dit verschil is grotendeels toe te schrijven aan de afname van de algemene reserve vrij besteedbaar. De mutaties in deze reserves worden toegelicht in de toelichting op de balans per 31-12-2018 (onderdeel mutaties reserves).
Inventarisatie risico's
Algemene uitkering
De ontwikkeling van de algemene uitkering wordt voor een belangrijk deel bepaald door de ontwikkeling van de rijksuitgaven. Volgens het systeem van ‘samen de trap op en samen de trap af'’ hebben wijzigingen in de rijksuitgaven direct invloed op de omvang van het gemeentefonds. Met elke nieuwe circulaire kunnen de cijfers wijzigen. Onderstaande tabel geeft een meerjarenbeeld van de verschillen in het totaal van de algemene uitkering van de circulaires die van invloed waren op het jaar 2018.
Circulaire | Stand Algemene uitkering voor het jaar 2018 |
Meicirculaire 2016 | 29.060 |
Septembercirculaire 2016 | 29.530 |
Decembercirculaire 2016 | 29.538 |
Meicirculaire 2017 | 29.525 |
Septembercirculaire 2017 | 30.800 |
Decembercirculaire 2017 | 30.885 |
Meiciculaire 2018 | 30.260 |
Septembercirculiare 2018 | 29.855 |
Decembercirculaire 2018 | 29.969 |
I&A
Automatisering
Door verregaande automatisering van werkprocessen en de dienstverlening lopen de kosten landelijk gezien op ICT gebied steeds verder op. ICT staat inmiddels als belangrijk strategisch onderwerp op de agenda van overheden. Om onze inwoners te kunnen bedienen en aan wettelijke voorschriften te blijven voldoen zullen we daarom de komende jaren fors in onze ICT moeten blijven investeren. Dit geldt niet alleen voor nieuwe software, maar ook voor de doorontwikkeling van de aanwezige systemen en het beheer ervan. Tijdige vervanging en inbouwen van redundantie beperkt het risico op uitval, waarbjj steeds een afweging moet worden gemaakt tussen risico en impact in relatie tot te maken kosten voor beperking van het risico.
Het risico bestaat dat de algehele kosten voor automatisering (inclusief software) de komende jaren meer gaan stijgen dan eerder voorzien. We zullen ons blijven inzetten om ook kosten besparingen te realiseren door goed na te denken over nut en noodzaak van applicaties, beschikbare licenties zo volledig mogelijk te benutten en de samenwerking te zoeken met andere gemeenten.
RO&G
Grondexploitaties kennen potentiële risico’s. Zo is het resultaat van een grondexploitatie in grote mate afhankelijk van de markt. Ook kan er onzekerheid zijn over de kosten van de ontwikkeling, zoals een onverwacht noodzakelijke bodemsanering. Op basis van actualisatie van de grondexploitaties wordt voor de negatieve grondexploitaties een verliesvoorziening gevormd. Daarnaast wordt voor alle lopende grondexploitaties met een te verwachten negatief exploitatieresultaat een risicoanalyse opgezet, daarin worden de risico’s gewogen en wordt aan de hand van een Monte-Carlo-analyse de reserve onvoorzien grondexploitaties gevormd. Tenslotte wordt voor de bepaling van het aandeel van de grondexploitaties in het weerstandsvermogen uitgegaan van de IFLO-norm (Inspectie Financiën Lagere Overheden). Daarbij wordt rekening gehouden met de boekwaarde en de nog te maken kosten en gecorrigeerd voor de reeds afgedekte risico's zoals opgenomen in de Reserve Onvoorzien Grondexploitaties per 1 januari 2019.
Op basis van de actualisatie is de Verliesvoorziening Nadelige saldi grondexploitaties met € 416.000 verlaagd. De Reserve Onvoorzien Grondexploitaties is met € 126.000 verlaagd. Het weerstandsvermogen voor het onderdeel grondexploitaties kan op basis van de actualisatie met € 1.014.818,- worden verlaagd van € 11.687.912,- naar € 10.673.094,-.
In 2018 heeft aan de verliesvoorziening een onttrekking voor de grondexploitaties van € 416.000 plaatsgevonden.
Opgegeven risico's
In de jaarstukken 2018 worden de in de begroting 2018 opgenomen risico's geëvalueerd (gekwantificeerd op basis van de stand per 31-12-2018). Dit gebeurt door per risico twee vragen te beantwoorden:
a. is het risico in 2018 ingetreden?
b. is het benoemde risico in 2018 beïnvloed door beheersmaatregelen?
Indien van toepassing wordt de omvang van het risico op grond van de antwoorden aangepast.
(x €1.000)
Prog | Begroting 2018 | Evaluatie | Jaarrekening 2018 | Bedrag | |
---|---|---|---|---|---|
Grondexploitaties | 1 | 11.265 | RO&G | Voor de bepaling van het aandeel van de grondexploitaties in het weerstandsvermogen wordt uitgegaan van de IFLO-norm (Inspectie Financiën Lager Overheden). Daarin wordt rekening gehouden met de boekwaarde, de nog te maken kosten en reeds afgedekte risico's zoals opgenomen in de Voorziening negatieve grondexploitaties. | 10.673 |
Verlaging Algemene Uitkering na vorming nieuw kabinet | 6 | 1.000 | BV team FIN | Ingeschat bedrag voor onderuitputting 2018 | 130 |
Kosten en claims na ramp | 5 | 1.000 | BV team BJZ | Heeft zich in 2018 niet voorgedaan. Uiteindelijk kan een claim iedere vorm aannemen. | 1.000 |
Meldplicht datalekken | 5 | 810 | BV team IenA | In 2018 zijn er geen datalekken geconstateerd of gemeld die een verstoring van systemen of infrastructuur tot gevolg heeft gehad. Wel zijn er twee datalekken geweest door menselijk handelen. Door te wijzen op verantwoording en handelswijze komen datalekken steeds minder voor. | 810 |
Niet voldoen aan de Algemene Verordening Gegevensbescherming per 25 mei 2018 | 5 | 800 | BV team BJZ | Heeft zich in 2018 niet voorgedaan. Door het AP zijn geen boetes opgelegd. | 800 |
Niet in aanmerking komen voor compensatieregeling bij overschrijding Buigbudget | 3 | 550 | MO | Risico heeft zich niet voorgedaan. De vangnetuitkering voor 2017 is ontvangen. Voor 2018 is geen bijdrage uit de vangnetuitkering in de jaarcijfers opgenomen. | 0 |
Administratieverlichting, vertraging bij gronduitgifte grexlocaties en gewijzigde wetgeving, waardoor minder legesopbrengsten zijn. | 1 | 500 | RO&G | Het risico is in 2018 niet opgetreden. | 0 |
Uitval technische voorzieningen door onvoorziene omstandigheden | 5 | 500 | BV team IenA | Door toename van complexiteit en door noodzakelijke en gewenste aanpassingen is in 2018 een enkele keer (beperkt) uitval geweest. Waar mogelijk zijn maatregelen genomen om nieuwe uitval te voorkomen. | 500 |
Informatiebeveiligingsincident | 5 | 500 | BV team IenA | Er hebben zich in 2018 geen beveiligingsincidenten voorgedaan. | 500 |
Als gevolg nieuwe samenstelling college mogelijk nieuwe wachtgeld verplichting | 4 | 300 | DIR | Als gevolg van de college wisseling heeft zich dat minder dan verwacht voorgedaan. | 100 |
Afwijken van inkoop en aanbestedingsbeleid | 5 | 250 | BV team BJZ/FIN | 1. Dit risico heeft niet tot schade geleid. | 250 |
Risico’s Jeugdhulp | 3 | 200 | MO | Ten opzichte van de bijgestelde begroting heeft dit risico zich niet voorgedaan. Risico ten aanzien van de jeugdhulp is substantieel toegenomen met het wegvallen van de regionale solidariteit per 2019. Met de nieuwe keuzes rond het zorglandschap die in 2019 moeten worden gemaakt lijkt het verstandig om een goed beeld te hebben van de financiële, maar zeker ook de maatschappelijke risico’s. | 0 |
Verhoging bijdrage aan Gemeenschappelijke Regelingen | 4 | 150 | DIR | De werkgroep financiële kaderregelingen kijkt naar de wensen van de gemeenschappelijke regelingen voor een hogere norm dan alleen de kaderstelling op grond van ontwikkeling van lonen en prijsstijgingen. | 150 |
Risico's participatie zoals SWA | 3 | 100 | MO | Risico heeft zich niet voorgedaan door de economische groei en de aanzienlijk hogere buiguitkering. | 0 |
Geen goedkeurende controleverklaring | 4 | 50 | DIR | Op dit moment nog niet bekend, controle moet nog plaats vinden. | 50 |
Archieven externe partners worden niet goed bijgehouden | 5 | 50 | BV team DFD | Risico bestaat nog steeds. We hebben in 2018 geen kans gezien de organisaties te bezoeken. Risico heeft zich in 2018 niet voorgedaan. Voor 2019 wordt ingepland om de organisaties te bezoeken. | 50 |
Totaal | 18.025 | 15.013 |
Actuele weerstandsratio
Op basis van het voorgaande kan de actuele weerstandsratio als volgt worden berekend:
Ratio weerstandsvermogen = | € 25.244 | = 1,681 |
€ 15.013 |
Volgens de waarderingstabel van (bron) plaatst deze ratio de gemeente Nieuwkoop in de categorie B.
Waarderingscategorie | Ratio weerstandsvermogen | Betekenis |
---|---|---|
A | > 2,0 | Uitstekend |
B | 1,4 < x < 2,0 | Ruim voldoende |
C | 1,0 < x < 1,4 | Voldoende |
D | 0,8 < x < 1,0 | Matig |
E | 0,6 < x < 0,8 | Onvoldoende |
F | < 0,6 | Ruim onvoldoende |
Omschrijving | Jaarrekening 2017 | Begroting 2018 | Jaarrekening 2018 |
---|---|---|---|
Netto schuldquote | 10,49% | 31,70% | 8,99% |
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen | 8,21% | 29,90% | 7,02% |
Solvabiliteitsratio | 41,33% | 46,00% | 46,51% |
Structurele exploitatieruimte | 5,12% | 1,00% | 0,24% |
Belastingcapaciteit | 109,13% | 119,50% | 112,09% |
Grondexploitatie | 105,18% | 103,00% | 83,76% |
Netto schuld per inwoner | € 213 | € 775 | € 219 |
Toelichting
Netto schuldquote
De netto schuldquote geeft iets aan over de mate waarin het inkomen van de gemeente toereikend is om aan de schuldverplichtingen te voldoen. De netto schuldquote is een percentage dat tot stand komt door het totale vreemde vermogen te delen door de totale baten uit de gemeentelijke exploitatie. Bij een netto schuldquote hoger dan 130% is sprake van een hoge schuld. Onder de 100% is sprake van een gemiddelde tot lage schuld.
De netto schuldquote in de begroting 2018 was 31,70%, in de jaarrekening is die 8,99%. Oorzaak is het feit dat we grote investeringen hadden begroot die we niet hebben gerealiseerd. Daardoor was de voorziene schuld hoger dan de gerealiseerde. Een netto schuldquote van 8,99% is als zeer laag aan te merken.
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
Bij de 'Netto Schuldquote Gecorrigeerd Voor Alle Verstrekte Leningen' wordt het vreemde vermogen verminderd met de doorgeleende gelden (leningen van de gemeente aan derden). Het verschil met de begroting 2018 heeft dezelfde oorzaak als hierboven beschreven.
Solvabiliteitsratio
De solvabiliteitsratio geeft weer in hoeverre het totaal van de activa is gefinancierd met eigen middelen. De ratio wordt berekend door het Eigen Vermogen te delen door het totale vermogen. In de begroting 2018 is een ratio geraamd van 46,00%. Dit was gebaseerd op een afname van de vaste schulden (vreemd vermogen) en dus een afname van het totale vermogen. Beleid was een ratio van ten minste 40%. De jaarrekening 2018 geeft een ratio van afgerond 46,5%. Hiermee is de begroting bijna exact gerealiseerd en de doelstelling gehaald.
Structurele exploitatieruimte
Het financiële kengetal ’structurele exploitatieruimte’ geeft aan hoe groot de structurele vrije ruimte is, afgezet tegen de totale baten. Als norm voor een gezond begrotingsevenwicht kan 0,6% van de algemene dekkingsmiddelen gehanteerd worden. Deze norm is gebaseerd op de vuistregel van de Commissie BBV voor artikel 12-gemeenten (ruimte in de begroting om structurele tegenvallers op te vangen). De gerealiseerde structurele exploitatieruimte voor Nieuwkoop bedraagt over 2018 0,24%. Dit is lager dan de norm en ook lager dan waarmee in de begroting rekening werd gehouden.
De oorzaak ligt in het feit dat in 2018 de baten en de lasten op het grondbedrijf (programma 1) aanzienlijk omvangrijker dan begroot. Deze baten zijn incidenteel van aard en hebben een drukkend effect op de structurele exploitatieruimte.
De structurele exploitatieruimte wordt als volgt berekend:
A. Structurele baten - structurele lasten | |
Structurele exploitatieruimte = | |
B. structurele baten + incidentele baten |
De begrote baten op programma 1 (grexen) bedroegen € 25 mln, de gerealiseerde baten waren € 37 mln. Gevolg is dat de structurele ruimte (A) gelijk blijft, terwijl de totale baten (B) toenemen met € 12 mln (bijna 50%). Dit heeft een sterk drukkend effect op de verhouding tussen A en B, wat zorgt voor een sterke afname van de structurele exploitatieruimte.
Belastingcapaciteit
De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. Het Coelo publiceert deze lasten ieder jaar in de Atlas van de lokale lasten. Onder de woonlasten worden verstaan de OZB, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing. De belastingcapaciteit wordt berekend door de totale woonlasten van een meerpersoonshuishouden te vergelijken met het landelijk gemiddelde in het voorgaande jaar en de uitkomst uit te drukken in een percentage. De relevante informatie vinden wij in de tabel met de regionale vergelijking in de paragraaf Lokale Heffingen en de Atlas lokale heffingen van het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO). Uit berekening blijkt dat de belastingcapaciteit in de jaarrekening 2018 uitkomt op 112,09%. Geraamd in de begroting was 119,5%. We zitten dus minder hoog boven het landelijk gemiddelde dan verwacht. Wel blijven we in Nieuwkoop 12% boven het landelijk gemiddelde.
Grondexploitatie
Deze indicator geeft de relatieve hoogte van de voorraad bouwgrond en het onderhanden werk (de grondpositie) in de grondexploitaties aan. De waarde van de grondpositie wordt gedeeld door de totale baten uit de gemeentelijke exploitatie. Hoe groter de grondpositie in verhouding tot de totale gemeentelijke baten, hoe groter het verhoudingsgewijze risico dat de gemeente loopt in de grexen. In 2018 is de grondpositie licht lager dan begroot, maar het verschil wordt vooral verklaard door de hogere baten in de exploitatie. Resultaat is dat er sprake van een lager kengetal grondexploitatie. het risico is verhoudingsgewijs lager, dit is als gunstig te kwalificeren.
Netto schuld per inwoner
De netto schuld per inwoner is de netto schuld gedeeld door het aantal inwoners van de gemeente. De netto schuld per inwoner aan het eind van 2018 is € 219. Dat was begroot op € 775. De oorzaak van het grote verschil ligt in het niet aangaan van leningen die wel waren opgenomen in de begroting. Dat hebben we niet gedaan omdat de investeringen voor een deel niet zijn gerealiseerd.
Kengetallen in samenhang: financieel beleid
Zien we de verschillende financiële indicatoren en kengetallen in samenhang, dan ontstaat een beeld van de gevolgen van het financiële beleid dat we in onze gemeente voeren. Ons beleid is gericht op robuustheid. Nieuwkoop wil niet in een situatie komen waarin beleidsinhoudelijke concessies (bezuinigingen) moeten worden gedaan als gevolg van externe ontwikkelingen, zoals die op de geldmarkt of de onroerend goed markt. Dat beleid krijgt vorm in het streven naar een gezonde schuldpositie en een stevige solvabiliteit, die zorgt voor voldoende buffer voor het opvangen van risico's in het grondbedrijf. De structurele exploitatieruimte is in 2018 kleiner geworden, een gevolg van een verdere groei van onze grondexploitaties. Hieruit blijkt nog maar eens duidelijk hoe groot de verhoudingsgewijze omvang is van het grondbedrijf in onze gemeente. Het risico is navenant groot. Samen met uw raad kiezen wij hiervoor en kiezen wij ook voor het aanhouden van een groot deel van het eigen vermogen als risicoreserve voor het grondbedrijf.
Bezien we de gerealiseerde kengetallen in hun totaliteit, dan kunnen we stellen dat we 2018 afsluiten met een robuuste financiële positie. Die hebben we ook nodig, want we maken bewust de keuze om onze robuuste financiële positie in te zetten als basis voor de verdere groei en ontwikkeling van onze gemeente.